dinsdag 7 juli 2009

Productie uit redactie Europa (buitenland) - reportage

Van spijkerschrift naar nucleaire wapens

Het imago van Iran staat centraal in de tentoonstelling Van Gilgamesj tot Zenobia

De geschiedenis en de rijke cultuur van Iran krijgt de aandacht tijdens de tentoonstelling Van Gilgamesj tot Zenobia in Brussel. De oude kunstcollectie uit het Nabije Oosten en Iran is tot eind juli te bewonderen in de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis. ‘De tentoonstelling zorgt voor een positieve belangstelling voor Iran binnen Europa’, zegt Bart Suys van de dienst communicatie van het Koninklijk Museum. Het imago van deze islamitische staat is de laatste jaren drastisch veranderd. Het land komt alleen in het nieuws met zijn nucleaire programma, zijn steun aan terrorisme en een president met felle uitspraken. De bevolking heeft het wereldwijd moeilijk met dit slechte imago.

Iran, ook wel door velen gekend als voormalig Perzië, stond vroeger bekend als een machtig land met een rijke cultuur, fraaie miniaturen, tapijten en bijzondere steden als Persepolis, Babylon, Susan en Esfahan. Iran is van groot invloed geweest op de ontwikkeling van de Westerse wereld. Van het aanleggen van handelsroutes tot aan de ontwikkeling van het schrift. Deze invloeden zijn zeer indrukwekkend en voor de liefhebbers is een bezoekje aan de Brusselse museum het zeker waard.













De Mesopotamische held Gilgamesj

De tentoonstelling
’Ik heb enkele jaren geschiedenislessen gehad in Iran, maar als ik zo van dichtbij de stukken bekijk en besef dat dit allemaal uit Perzië komt, krijg ik kippenvel en een trots gevoel’, zegt de 24-jarige Milad Hematnia. De beroemde votiefplaat waarop de Mesopotamische held Gilgamesj staat afgebeeld na zijn overwinning op de hemelse stier, is het eerste wat je ziet wanneer je de zaal binnenloopt. Gilgamesj was de vijfde koning van Uruk en wordt beschreven als tweederde god en eenderde mens. Op de achtergrond hangt een grote kaart van het Midden-Oosten waardoor je gelijk wordt betrokken bij deze historische regio.

De topstukken zorgen voor een visueel genot. De stilte, de vierkante etalages en tafels omringd door zwarte slierten stof en een donkere vloerbedekking vormen het decor van de kunstwerken. Eeuwenoude doeken en wandeltapijten hangen aan de zwarte muren. Dikke boeken over Babylonië, rolzegels, funderingsstiften en decoratieve panelen waarop mytische wezens zijn afgebeeld, trekken de meeste aandacht. Kleine beeldschermen geven in het Frans en Nederlands extra informatie over de kunststukken die verdeeld zijn per land: Syrië, Mesopotamië, Fenicië, de zuidelijke Levant, Voor-Azië, Zuid-Arabië en Iran.

Aan de kunstcollectie ontbraken een aantal stukken die voor een chronologische verhaal zorgden. De Brusselse museum had deze topstukken niet tot zijn beschikking. Eind 2007 is deze collectie compleet gemaakt door het Louvre en the British Museum. De tentoonstelling begint pakkend door een twaalftal meesterwerken van het Louvre uit de periode van de Achemenidische koning Darius de Grote te laten zien. In het midden van de zaal staat een tombe van kalksteen die een beetje gelig van kleur is. Bij te veel stilte ontstaat er een griezelige sfeer waarbij de beelden en de schilderijen tot leven lijken te komen. De tentoonstelling prikkelt de nieuwsgierigheid van de liefhebbers van geschiedenis en het Midden-Oosten met de eeuwen oude kunststukken. Aan de bijschriften is niet veel aandacht besteed, de achtergrondinformatie is zeer lezenswaardig, ook al moet je soms de nek lang maken om de borden goed te kunnen lezen.












Koning Darius de Grote


Bart Suys zegt dat de tentoonstelling van grote waarde is voor de ontwikkeling van de Westerse samenleving. ‘Tot de topwerken van het museum moeten zeker de bronzen uit Luristan –Iran- worden gerekend. Deze stukken behoren tot een uniek ensemble in de wereld’, aldus Suys. Deze bronzen wapens, vaatwerk en sieraden werden gedecoreerd in een heel eigen stijl met vooral sterk gestileerde diermotieven. De uitzonderlijke rolzegel, de talrijke getuigenissen van het schrift en natuurlijk de beroemde votiefplaat waarop Gilgamesj staat afgebeeld, behoren ook tot de topstukken van de museum.

De architecturale wandplaten van geglazuurd aardewerk hebben iets weg van een oud Grieks paleis. Gouden sieraden, pendentieven, vazen, haarspelden en bronzen spiegels uit de zesde eeuw hebben veel overeenkomsten met de traditionele accessoires uit India, die bestaan uit veel felle kleuren en geelgoud. De Egyptische invloeden zijn terug te vinden in de diverse votiefbeeldjes van aanbidders uit de achtste eeuw.

De stukken overspannen de periode die loopt tot aan de Romeinse veroveringen. De gevangenneming van koningin Zenobia van Palmyra door keizer Aurelius in 272 na Christus mankeert het eindpunt van dit historische overzicht. ‘De werken werden in belangrijke mate gekozen op basis van hun esthetische kwaliteiten’, zegt Suys. De vele bronzen en gouden stukken zijn uit het Perzische tijdperk. De Perzische macht besloeg rond de vierde eeuw voor Christus een gebied van Egypte in het westen tot aan India in het oosten en Griekenland in het noorden.

De kunstschatten bewijzen hoe onze beschaving schatplichtig is aan die oude culturen, die zo belangrijk waren voor de ontwikkeling van het schrift, de uitvinding van de boekhoudkunde, de literatuur en de rechtspraak. Maar vooral heeft de opleving van de Europese economie veel te danken aan het Perzische Rijk. Zo verdeelde bijvoorbeeld de Achaemeniden-sjah Darius I van Perzië -521 voor Christus tot 485 voor Christus- zijn koninkrijk in ongeveer twintig provincies onder gouverneurs. Hij stelde een belastingsysteem op om elke provincie geld en middelen te laten afdragen aan de regering. Hij nam het geavanceerde postsysteem van de Assyriërs over en breidde het uit.

Darius I legde de beroemde Koninklijke Weg aan door oude handelsroutes te verbeteren. Daardoor werd handel met landen als Egypte, India en Griekenland mogelijk. Hij verplaatste het beleidscentrum van Perzië naar Susa, dichtbij Babylon en dichter bij het centrum van het koninkrijk. De Perzen stonden toe dat lokale culturen intact bleven. Dit kwam uiteindelijk het imperium ten goede, aangezien de veroverde volkeren geen behoefte voelden in opstand te komen. Achaemenidisch Perzië verenigde mensen en koninkrijken van elke belangrijke beschaving uit die tijd. Voor het eerst waren de mensen van zeer verschillende culturen met elkaar in contact gebracht onder één heerser.











Een akkadische inscriptie uit het voormalig Perzië

Opinies
‘Tentoonstellingen over of rond de periode van de Sjah mogen niet worden tentoongesteld in Iran. Het is goed dat Brussel als hoofdstad van de Europese Unie, de mogelijkheid creëert en de geschiedenis laat herontdekken’, zegt de Iraanse fotografe Newsha Tavakolian. ‘Veel Iraanse kunstenaars waaronder ook fotografen als ik, richten zich tot het Westen voor steun en erkenning omdat het in Iran niet mogelijk is’, aldus Tavakolian. De fotografe werkt in het Midden-Oosten, maar vooral in Iran. Haar foto’s zijn onder andere gepubliceerd in de New York Times, NRC-Handelsblad en Le Figaro. Zij is van mening dat poëzie, kunst en cultuur heel erg belangrijk zijn in Iran ‘In het Westen is kunst immers voor een veel breder publiek toegankelijk, er is meer geld en er zijn meer podia, kunstgalerieën en musea waar de kunstenaars hun werk kunnen tonen.’

Gevestigde kunstenaars produceren werk dat een Westers publiek moet kunnen behagen. Fotografen benadrukken bijvoorbeeld de chador, de lange zwarte sluier, die wereldberoemd werd na de Islamitische revolutie van 1979 en filmmakers maken opnamen van dorpen waar ezels los rondlopen en dorpelingen hout verzamelen voor hun kachels. Tavakolian: ‘In Iran maken deze films nauwelijks indruk, want het land is veranderd in een verstedelijkte maatschappij waar de chador steeds meer uit het straatbeeld verdwijnt en waar de mensen in de nieuwste auto's rijden. In het Westen zijn de beelden van de chador en ezels te zien in bioscopen en musea. Zo wordt het algemeen verspreide 'achterlijke' imago van Iran bevestigd.’











Foto van Word Press gemaakt door Tavakolian

De pas afgestudeerde politicoloog van de Universiteit van Amsterdam, Peyman Jafari, is momenteel in Iran voor fieldresearch. Hij heeft daar diverse musea bezocht, waar ook veel topstukken zoals de eeuwenoude inscripties uit Perzië te bewonderen zijn. Hij is sterk overtuigd dat dit soort tentoonstellingen kunnen bijdragen aan een beter beeld van het land. ‘Iran is de laatste jaren vaak eenzijdig afgebeeld met vooral het aspect buitenlandse politiek, kernenergie en terrorisme.’ Jafari vindt dat Iran voor de meeste mensen in het Westen echter een black box blijft. ‘Het is goed dat de veelzijdigheid van deze staat tijdens de tentoonstelling in Brussel benadrukt kan worden en dat er aangetoond wordt dat Iran, net als elk ander land veel complexer is’, aldus Jafari.

Mehdi Nobari, de voorzitter van de Iraanse Vereniging voor Cultuur, Kunst en Mensenrechten in België, ervaart dat Iraans-Vlaamse mensen het moeilijk hebben met het huidige imago van Iran. ‘Mensen uit Iran zijn het zat om telkens gezien te worden als een terrorist. Iraanse mensen in Iran en Europa zijn zeer actief op het gebied van kunst en cultuur’, zegt Nobari geëmotioneerd.

Deze Iraanse vereniging werkt met kunstliefhebbers en ontwikkelingsorganisaties in het Westen. Zij zijn van mening dat Europese organisaties wat meer risico moeten nemen bij het promoten van Iraanse kunst. Ze moeten verder kijken dan de beroemde namen en de gevestigde reputaties, en aandacht schenken aan de duizenden jonge kunstenaars die staan te trappelen om hun invalshoek te laten zien. ‘Wij moeten vanuit een democratische maatschappij de kunstenaars de vrijheid geven om zo origineel mogelijk te zijn en de rest van de wereld kennis te laten maken met andere aspecten van het Iraanse volk en van het land zelf’, aldus Nobari.

Maghsoud Naimi Zaker zegt: ’Ik merk dat in Iran door jongeren veel aan kunst en muziek wordt gedaan, want zo kunnen zij zich het beste uitten. Vaak proberen zij via internet hun talenten met de wereld te delen en hopen dat hun muziek en kunst kan bijdragen aan een beter beeld van Iran. Dit leeft heel sterk onder de jongeren want tegenwoordig merk ik dat bijna alle jongeren een muziekinstrument spelen.’

Naimi Zaker is vijfentwintig jaar filmmaker en cartoonist in Iran. Afgelopen week heeft hij met een team van de SABA Center uit Iran, het internationale animatie film festival in de Franse Annecy bezocht. ‘Het is een teleurstelling te horen dat er mensen in Europa zijn die denken dat er geen computers in Iran bestaan. Je moet eens zien met wat voor moderne apparatuur wij films maken’, zegt de Iraanse animatiefilmmaker.

Imagoverandering
De tentoonstelling was oorspronkelijk te bezoeken tot eind april, maar is wegens succes en veel interesse verlengd tot 29 juli. Of deze manifestatie kan bijdragen aan een imagoverandering van Iran moet nog uitblijken. ‘Het is best raar dat een imago vaak niet veel voorstelt maar wel veel effect heeft op de maatschappij’, zegt Naimi Zaker. Naats deze tentoonstelling is er nu ook kunst uit de islamitische wereld te bewonderen.

‘Het is belangrijk dat de Iraanse bevolking wereldwijd trots is op zijn geboorteland. En met activiteiten organiseren op het gebied van cultuur en kunst wordt men er steeds aan herinnerd waar hij vandaan komt’, zegt Nobari van de Iraanse vereniging in België. Naimi Zaker zegt: ‘Een imago van een land moet niet gecreëerd worden door uitspraken van een president of door alleen politieke kwesties. Een land en zijn bevolking heeft veel meer te bieden dan dat.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten